Over de Muur
  • Geschiedenis actueel
  • Historisch bedrijf
  • Over ons
  • Voor auteurs
  • Nieuwsbrief

Gert-Jan Segers morrelt aan vrijheden van minderheden en critici

27 november 2019 by Fons Meijer

In zijn nieuwste boek bevraagt Christen-Unie-voorman Gert-Jan Segers verworven vrijheden. Zijn taalgebruik lijkt daarbij onschuldig, maar dat is slechts schijn. Fons Meijer waarschuwt progressieve kiezers: trap niet in de praatjes van Segers.

Nederland is een verweesde samenleving, zo luidt de strekking van het nieuwste boek van Gert-Jan Segers. In De verloren zoon en het verhaal van Nederland gebruikt de ChristenUnie-fractievoorzitter de nieuwtestamentische gelijkenis van de verloren zoon om dit te illustreren. In dit verhaal eist een zoon zijn erfdeel op nog voor zijn vader overleden is, om vervolgens het ouderlijk huis te verlaten en het geld te verkwisten. De zoon krijgt echter spijt en keert weer terug. De Nederlandse samenleving is volgens Segers net als die verloren zoon. ‘We hebben heimwee,’ zo betoogde de politicus in een interview bij Pauw, ‘we willen weer thuiskomen bij elkaar.’ Net als Pim Fortuyn in de jaren negentig gebruikt Segers de metafoor van de ‘verweesde samenleving’ om de problemen van deze tijd mee te typeren. Door onder meer de groeiende kloof tussen arm en rijk, de opkomst van flexcontracten en de toegenomen immigratie zou onze maatschappij ontworteld zijn geraakt.

Gert-Jan Segers, 2018 (door Remco van de Pol, CC BY-SA 4.0)

Met De verloren zoon probeert Segers zich nadrukkelijk te manifesteren als een genuanceerde middenpoliticus, die zowel de zorgen van linkse als van rechtse kiezers begrijpt. Hij schrijft in zijn boek: ‘We komen alleen weer dichter bij huis als we het “gelijk van links” over de ontwrichtende werking van neoliberaal beleid erkennen en het “gelijk van rechts” over de noodzaak van waarden, normen en gemeenschappen’. Journalist Thijs Broer van Vrij Nederland verwacht dan ook dat niet alleen behoudende ChristenUnie-stemmers, maar ook veel progressieve kiezers zich in Segers’ analyse zouden kunnen vinden. Juist progressieve kiezers moeten echter op hun hoede zijn wanneer politici zich gaan beroepen op huiselijkheidsmetaforen. Het denken over de maatschappij als huisgezin – en huiselijkheidsdenken in het algemeen – zijn in het verleden keer op keer gebruikt om publiek debat te pacificeren en onwelgevallige groepen en ideeën te diskwalificeren. Enkele historische voorbeelden illustreren dit.

Thorbecke tegen de familiemetaforiek

Koning Willem I, de eerste Nederlandse oranjemonarch na de Napoleontische tijd, presenteerde zich als de vader van de natie. Meteen al bij zijn aankomst in 1813 gaf hij aan zich te voelen als een ‘vader in het midden van zijn huisgezin’. Het politieke establishment kende hem die rol dan ook toe. Na alle partijschap en twist van de voorgaande decennia was er behoefte aan eensgezindheid. En wie kon dat nu beter garanderen dan een zorgzame vadervorst? Deze maatschappijvisie liet echter weinig ruimte voor kritiek en impliceerde onbetwistbare harmonie. Toen er in de Zuidelijke Nederlanden onvrede rees over het autocratische politiek van de koning, zette hij deze criticasters weg als ‘wederspannige kinderen’. Het was niet de bedoeling dat de harmonie van het nationale gezinsleven op het spel werd gezet.

Niet voor niets liet liberaal Johan Rudolf Thorbecke zich in 1840 kritisch uit over deze beeldvorming. ‘De Staat is wel eens met eene familie vergeleken,’ schreef hij afkeurend. ‘Willem I, aan het hoofd van het Land zijner vaderen, scheen die vergelijking ernstig te nemen.’ Thorbecke stond een transparante staatsinrichting voor met een levendig publiek debat. Hij meende terecht dat dit alleen kon worden bewerkstelligd als Nederland afscheid zou nemen van het gezinsdenken en de paternalistische politieke cultuur die deze beeldvorming impliceerde.

Arbeiders van de straat

Een halve eeuw later vormde het huiselijkheidsdenken een middel om de groeiende arbeidersklasse koest te houden. Socioloog Didier Eribon heeft dit treffend beschreven voor Frankrijk, waar burgerlijke filantropen zich inzetten voor betaalbare woningen voor arbeiders. ‘De arbeiders zouden zich door dit verhoogde huiselijke welzijn hechten aan hun huis en zo zou de neiging tot politiek verzet en tot verenigings- en actievorming worden onderdrukt’. Een soortgelijke pacificatie ging in Nederland uit van het beleid van Willem ‘Vadertje’ Drees. Zijn sociale zekerheidswetgeving kwam niet enkel voort uit Keynesiaans idealisme, maar vooral ook uit een behoefte om arbeiders bij al te revolutionaire bewegingen weg te houden.

En in 1995 gebruikte Pim Fortuyn het beeld van de verweesde samenleving om te pleiten voor een terugkeer van vaderlijk gezag in Nederland. Door de individualisering en emancipatie waren de opvoedende taken van het gezin en onderwijs weggevallen. De jaren zestig hadden geleid tot een ‘puberale’ generatie die het liet afweten zelf maatschappelijke vader- of moederrollen te vervullen en regels te stellen. Zijn pleidooi voor de terugkeer van het gezinsverband in de Nederlandse samenleving functioneerde vervolgens als een middel om niet alleen zijn progressieve generatiegenoten, maar ook moslims te diskwalificeren. Het waardenstelstel dat weer de basis moest gaan vormen van de samenleving, zo stelde Fortuyn, wortelde in het jodendom, het christendom, de verlichting, en niet in de islam.

Niet voor progressieven

Net als zijn voorgangers in de negentiende en twintigste eeuw gebruikt Segers familiemetaforiek om emancipatie te bevragen. Verworven vrijheden lijken bij hem haaks te staan op zijn wens om als maatschappij ‘weer thuis te komen’. Zo zei hij bij Pauw: ‘Ik denk dat er over allemaal vormen van vrijheid onduidelijkheid is. Waar zijn de grenzen van vrijheid van godsdienst, vrijheid van onderwijs, vrijheid van meningsuiting?’ Hierbij lijkt hij zijn pijlen vooral te richten op moslims en mensen met een migratieachtergrond. Zo hekelt hij de dubbele nationaliteit van Turkse-Nederlanders als een vorm van onwenselijke verscheurdheid en tweespalt. Bovendien noemde hij bij Pauw de islam als een van de voornaamste bronnen van de ontworteldheid die veel mensen zouden voelen.

De samenleving als huisgezin klinkt misschien mooi, maar betekent in de praktijk vaak dat aan de vrijheden van minderheden en critici wordt gemorreld. Progressieve kiezers moeten hun heil niet zoeken bij het ‘thuis’ van Gert-Jan Segers.

Fotograaf: Suzan Zanders

Fons Meijer is historicus en doet als promovendus aan de Radboud Universiteit onderzoek naar de culturele verwerking van rampen in de negentiende eeuw.

 

 

Dit delen:

  • Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)

Gerelateerd

Posted in: Geschiedenis actueel Tagged: moderne geschiedenis, Nederlandse identiteit, politiek en geschiedenis
Over de Muur op Twitter @overmuur
RT @suzezij: Wat kunnen we leren van de Britse universiteitsstaking? De #WOinActie campagne 'is een stap in de juiste richting, maar heeft…

- 7 days ago

h J R
Over de Muur op Twitter @overmuur
RT @GuidovMe: Waarom écht staken nodig is - mijn betoog op @OverMuur over de huidige stakingen in het Britse Hoger Onderwijs en waarom Ned…

- 7 days ago

h J R

Meest recente berichten

  • Waarom écht staken nodig is
  • Gert-Jan Segers morrelt aan vrijheden van minderheden en critici
  • Seksueel ‘ongepast’ gedrag is volgens sommigen nog steeds de schuld van de vrouw
  • Na 30 jaar is het tijd om ook die andere muur af te breken
  • Het veranderende ideaal achter duidelijke overheidstaal

Tags

aanvraagdruk activisme dekoloniale geschiedenis Digitale geschiedenis diversiteit Familiegeschiedenis FNV gender gezondheid Historicus aan het woord historisch bedrijf internationalisering klimaatverandering koloniale geschiedenis letterkunde maatschappelijke dienstverlening memory studies mentale dekolonisatie middeleeuwen Middeleeuwse geschiedenis migratiegeschiedenis moderne geschiedenis nationalisme Nederlandse identiteit onderwijs open access oude geschiedenis politiek en geschiedenis publicatiedruk racisme seksisme slavernij tentoonstelling Tweede Wereldoorlog valorisatie vroegmoderne geschiedenis vroegmoderne tijd Werkdruk wetenschap en media wetenschap en ondernemerschap wetenschap en politiek

Archief

  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • februari 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017

Copyright © 2019 Over de Muur.

Hit WordPress Theme by ThemeHit

Achtergrondfoto PD Ur Cameras
Facebook - Twitter